Met regen vertrekken we richting vanuit Öræfi/Skaftafell naar Höfn. Hemelsbreed een afstand van ongeveer 90 kilometer, maar de werkelijke afstand is veel groter.
Al snel bereiken we het eerste gletsjermeer, Breiðárlón. Een gletsjermeer van de Fjallsjökull. Dit gletsjermeer is via een korte gravelweg bereikbaar en heeft wat kleine wandelmogelijkheden. Omdat het regenachtig is, stoppen we alleen om van het uitzicht te genieten. Een lange wandeling in de regen trekt ons niet.
Het bekendere gletsjermeer Jökulsárlón ligt naast de Breiðárlón. De Jökulsárlón is veel makkelijker met een gewone auto te bereiken. Dit gletsjermeer is ontstaan uit het terugtrekken van de gletsjer Breiðamerkurjökull. De Breiðamerkurjökull is een kleine gletsjer van de grootste gletsjer van IJsland, de Vatnajökull. De Jökulsárlón mondt uit in de zee. De ijsbergen die van de gletsjer afkomen, lopen vast op de bodem van het meer. Als deze genoeg gesmolten zijn, drijven zij verder richting de zee. Op het punt waar het gletsjermeer uitmondt in zee, liggen dan ook veel grote ijsbergen. Pas in de zee smelten zij volledig. Het Jökulsárlón meer is een van de nieuwere gletsjermeren van IJsland. Rond 1930 ontstond dit gletsjermeer na het terugtrekken van de Breiðamerkurjökull. Maar sinds die tijd, groeit deze erg snel. Het meer is ongeveer 200 meter diep.
Omdat het de eerste dag regende toen wij bij het gletsjermeer aankwamen, zijn we 2 dagen later nog een keer teruggereden. Pas toen zagen we de Breiðamerkurjökull liggen en de grootte van het gletsjermeer. Bij de parkeerplaats worden boottochten aangeboden over het gletsjermeer.
Het derde en kleinste gletsjermeer, Fjallsárlón is minder makkelijk te bereiken, daar zijn we niet naar toe gereden.
We geven onze bagage alvast af bij de boerderij waar we overnachten en gaan op weg naar Höfn. Hier doen we wat boodschappen.
Op de weg terug, komen we onze eerste rendieren tegen. In juni zouden de rendieren al veel hoger op de bergen moeten zitten. Maar omdat het voor de tijd van het jaar erg koud is, zijn ze nog in de laaglanden. Natuurlijk stoppen we en nemen een paar foto's voor ze wegrennen.
We overnachten in Hólmur waar we verbaasd zijn over het uitzicht achter de boerderij. We hebben uitzicht op de Skálafellsjökull, de Heinabergsjökull en de Fláajökull. De Fláajökull is via een gravel weg van ongeveer 8 kilometer goed te bereiken. In 2001 hebben ze hier de rivier omgelegd om boerderijen veilig te stellen in de lente. Daarbij is een grote dam gebouwd waar met een auto overheen gereden kan worden. Aan het einde van deze weg is een leuke wandeling die deels over de gletsjer loopt.